Zoek

Missionaire kansen liggen dicht bij huis

Missionaire kansen liggen dicht bij huis
Thema-artikel ‘Klein en goed’

Een hobby of sport delen, samen eten. Missionair in actie komen kan al op kleine schaal. Maar hoe maak je daarin de goede keuzes? Nelleke Rebel-Kruijmer, coördinator bij IZB-Impact, deelt ervaringen die bij pioniersplekken zijn opgedaan.

19 juni 2025

Als ik het verzoek van de redactie van ‘Tijding’ krijg om een artikel te schrijven over missionaire initiatieven die ‘klein en goed’ zijn, moet ik daar even over nadenken. Bijna alle pioniersprojecten die wij als IZB-Impact begeleiden zijn wel goed, maar niet per se klein. Veel plekken hebben (parttime) een pionier in dienst, en dan heb je automatisch te maken met hogere begrotingen en een projectmatige manier van werken. Maar ook teams die zonder betaalde werker pionieren, runnen vaak een behoorlijk programma aan activiteiten. Toch betekent het feit dat we vooral grotere projecten in ons IZB-netwerk hebben niet dat klein niet goed zou zijn, of dat groot automatisch beter is. En het wordt al helemaal een probleem als de indruk ontstaat dat het kleine niet kan bestaan omdat het grote vooral meetelt. En er is het gevaar dat té grote verhalen niet inspireren, maar intimideren omdat ze de reactie oproepen: ‘Dat lukt bij ons toch nooit’ of ‘Daar ben ik het type niet voor’. Dat geconcludeerd hebbende, ga ik nog wat verder graven naar gerichte activiteiten die behapbaar zijn en anderen kunnen inspireren om ook missionair in beweging te komen. 

Wat is goed?
Maar eerst een stap terug. Wat verbindt goede missionaire initiatieven, of ze nu groot of klein zijn? Eenzelfde patroon is keer op keer zichtbaar. Bewogen door Gods liefde ervaar je een groeiend verlangen om het Goede Nieuws te delen met mensen die daar niet (meer) bekend mee zijn, en tot zegen te zijn van de omgeving. Biddend en zoekend wordt onderzocht wat passende manieren zijn om in verbinding te komen met die ander. Uit activiteiten die volgen – sporten, moestuinieren, kinderclub aan huis – ontstaan oprechte relaties waarin ruimte is om leven en geloof te delen. 

Missionair in actie komen kan in het klein – met buren, vriendjes van je kinderen die komen spelen, teamgenoten van de voetbalclub – en ook in het groot: die volkswijk waar geen kerk is, de afgehaakte twintigers en dertigers van de kerk, de asielzoekers waar een deel van het dorp heel negatief over is. Luisteren speelt altijd een rol in de zoektocht naar een antwoord op de vraag hoe missionair-zijn eruit kan zien. Wat legt God me op het hart? Voor wie zijn mijn ogen opengegaan? Welke nood valt me op? Wat kunnen we doordeweeks met ons kerkgebouw? Wat kan ik persoonlijk geven aan tijd en talenten? Heb ik ‘bondgenoten’ die mijn verlangen delen om ook iets te gaan doen? 

In dit proces van luisteren gebeurt er keer op keer iets moois: de heilige Geest – Geest van de creativiteit – werkt scheppend in mensen en omstandigheden. Er ontstaat ruimte voor nieuwe dingen. Zo geeft God de bereidheid om het hart te openen voor anderen en in beweging te komen. En dát is goed, of het nu in het groot of in het klein is. 

Van buurtbos tot bootcamp 
Tijd voor wat concrete voorbeelden! Heel vaak ontstaat een mooi idee rondom een bepaalde passie die mensen inzetten om in contact te komen met anderen. Zo organiseert een sportief kerklid van Noorderlicht Charlois elke woensdagavond een uurtje bootcampen voor gemeenteleden en mensen uit de wijk. Al sportend sluiten mensen  vriendschappen. Sommige deelnemers vinden via de bootcamp zelfs hun weg naar de Alpha-cursus of naar de zondagse dienst. In Sebaldeburen in Groningen hebben gemeenteleden met groene vingers een stuk terrein bij de kerk omgewerkt tot moes- en pluktuin. Dorpsgenoten – kerkelijk of niet – helpen de tuin te onderhouden. Juist die gezamenlijke liefde voor tuinieren helpt om diepere relaties op te bouwen. 

Een missionair idee kan ook ontstaan door iets kleins om te denken. De Schenkelkerk in Capelle aan den IJssel heeft bijvoorbeeld de ‘buurtbos’ ingevoerd. Eens per maand wordt de traditionele bloemengroet bezorgd bij iemand uit de wijk. Gemeenteleden kunnen namen aandragen van mensen die ze willen bedanken of bemoedigen. Bijvoorbeeld een buurvrouw die boodschappen deed bij ziekte, of een winkelier die net is neergestreken in de buurt. Een klein gebaar dat zorgt voor vertrouwen en waardering. 

Soms ligt een missionaire kans heel dicht bij huis. In Rosmalen is een van de betrokkenen bij pioniersplek Crux een Bijbelclubje begonnen waar vriendjes en vriendinnetjes van haar eigen kinderen aan meedoen. Gewoon op eigen titel, als moeder. Ook op andere manieren kun je initiatief nemen in je eigen wijkje. Bijvoorbeeld door met buren mee te doen met Nederland Schoon, of door op Oudejaarsdag oliebollen te bakken in de schuur, en de buurt uit te nodigen om een oliebol te komen eten. 

Zo zijn er nog veel meer verhalen te vertellen. Sommige van deze activiteiten groeien door, andere blijven klein of verdwijnen na verloop van tijd ook weer. 

Denken in kansen
Misschien herken jij je in het verlangen om het evangelie te delen, en ben je zoekend wat voor kleins en goeds jij kunt doen. Waar te starten? Begin door je verlangen bij God te brengen: ‘Heer, hier ben ik. Wilt U mij laten zien hoe U mij wilt gebruiken met wie ik ben en wat ik kan?’ 

Probeer vervolgens eens met frisse ogen rond te kijken waar jij initiatief kunt tonen en anderen kunt zegenen. Misschien zijn er hobby’s die je met anderen kunt delen. Niet altijd in je eentje gaan hardlopen, maar eens per week wat mensen vragen om mee te trainen. Buren die ook van creativiteit houden uitnodigen voor een fröbelavondje. Mocht je veel van kunst weten, overweeg dan eens om enkele ‘Bijbel en kunst’-avonden te organiseren. Samen lees je een Bijbelverhaal en bestudeer je hoe diverse kunstenaars dit verhaal verbeelden. 

Kansen liggen vaak ook in het verlengde van je dagelijks leven door hart en huis open te stellen. De vrienden van je puberzoon bij jou thuis laten gamen en openstaan voor een gesprekje met hen. Een kind laten spelen dat het thuis niet makkelijk heeft. Eten met andere singles of alleenstaanden. Contact zoeken met die buren die niet zo goed Nederlands spreken. 

Soms levert het iets op om het bestaande om te denken. Die mooie crèche van de kerk staat doordeweeks leeg. Is het mogelijk om op woensdagochtend een inloop te organiseren voor ouders met peuters? Waarom zou de jeugdvereniging niet een paar keer per seizoen een kampvuur organiseren voor alle jongeren uit het dorp, dus niet alleen de kerkjeugd? En dat gelegenheidskoortje met Kerst kan toch prima worden opengesteld voor mensen uit de wijk? 

Wat ook helpt, is je verlangen en ideeën met iemand delen. Om erover te sparren en ervoor te bidden. En misschien werkt jouw visie wel aanstekelijk en sluiten meer mensen zich aan bij jouw initiatief. 

Tot slot 
Missionair zijn in het klein is soms misschien wel spannender dan meewerken aan een groot project met plan en begroting en alles erop en eraan. Juist in het kleine voel je je soms kwetsbaarder. Wat kan het onzeker maken om een eerste stap te zetten naar anderen, met de intentie om iets van je leven en daarin hopelijk ook van je geloof te delen. Zitten mensen er wel op te wachten? Kan ik het wel? En misschien wel de spannendste vraag: ‘Wat als het lukt...?’ Doe het toch maar. Iets proberen is beter dan nooit iets durven. En je zult zien: God gebruikt mensen die zich beschikbaar stellen voor zijn missie, en geeft moed en creativiteit om in beweging te komen.

Tekst: Nelleke Rebel-Kruijmer

Dit artikel is geschreven voor de juni-editie van de Tijding met als thema 'klein en goed'.