Zoek

‘Goudzoeker’ Coby van der Zee coördineert al 20 jaar intervisie missionaire werkers IZB

‘Goudzoeker’ Coby van der Zee coördineert al 20 jaar intervisie missionaire werkers IZB

Elke missionair werker/predikant uit het netwerk van de IZB reist vier keer per jaar naar Amersfoort voor intervisie. In een groepje van vier bespreken ze als collega’s dan een casus uit de praktijk, die door één van hen wordt ingebracht en toegelicht. Anders dan gedacht is het gesprek in  de kring niet een diepe duik in het warme bad van onderling meeleven en bemoediging. De intervisie draait om leren, zeg maar: deskundigheidsbevordering.

20 mei 2022

Coby van der ZeeCoby van der Zee is al 20 (!) jaar de coördinator/begeleider van deze intervisie. Toen ze eraan begon was ze al een vertrouwd gezicht in de IZB-gelederen, want tijdens haar studie kerkelijk agogisch werk kwam ze als stagiaire over de vloer – in de jaren tachtig, dus aan de Van Oldenbarneveltlaan - bij de drugslijn van toenmalige afdeling ‘Hulp en preventie bij verslaving’, waar ze zeven jaar heeft gewerkt. In 2003 rondde ze de Voortgezette Opleiding Supervisie & Coaching af en sinds 2004 heeft ze een eigen bureau, ‘Dynanoia’, een samenvoeging van de Griekse woorden ‘dynamis’ en ‘nous’. Vrij vertaald betekent dat: ‘met een krachtige of dynamische geest’. Op haar site omschrijft ze zich als ‘goudzoeker’: ‘Geïnteresseerd in het unieke van mensen vind ik het een uitdaging om jou ‘het goud’ in jezelf en de ander te laten ontdekken.’

Coby: ‘In de intervisiegesprekken staan twee vragen centraal: wie ben je en hoe ontwikkel je je als persoon en als professional? Dat bespreken we aan de hand van een concreet praktijkgeval, waarbij we voortdurend pendelen tussen theorie en praktijk. Elk van de deelnemers formuleert aan het begin wat hij/zij van de sessie wil leren. Het gaat dus niet om onderlinge bemoediging, zelfs niet alleen om het uitwisselen van ervaringen. Je moet er wat van opsteken voor je dagelijkse werk. Hoe kan het anders? Wat heb ik nodig? Op welk punt kan ik me verder ontwikkelen? Intervisie staat zo in het bredere kader van levenslang leren. De intervisie bevordert ook de integratie, de onderlinge kruisbestuiving van het werk op verschillende locaties.’
Veiligheid en vertrouwelijkheid zijn basisvoorwaarden voor een goede intervisie. ‘Wat in de groep gedeeld wordt, blijft daar.’ Coby neemt als onafhankelijk begeleider deel, niet als ‘luistervink van de baas’. Een groot voordeel is dat ze de IZB en het werkveld al jaren kent. Daardoor heeft ze ook goed zicht op trends. ‘Toen we in 2002 met intervisie begonnen ging het vaak over de moeizame relatie tussen de missionaire projecten en de moedergemeenten. Tegenwoordig hebben de pioniers veel meer carte blanche. Daardoor gaan de gesprekken meer over onderwerpen die dichter bij de werker zelf liggen en er voor hen echt toe doen.’
Aanvankelijk leefde bij de IZB-directie de gedachte dat Coby de intervisie zou aanzwengelen en dat de groepen na enige tijd wel zelfstandig verder zouden kunnen gaan. Alleen de groep met predikanten gaf van meet af aan begeleiding te willen, omdat ze ‘altijd al aan het geven waren en nu ook weleens wilden ontvangen’ en ‘ze waren bang de casus vooral vanuit de ratio te benaderen’. Al snel bleek echter dat er meer diepgang kwam in de gesprekken als er professionele begeleiding aanwezig was en dat werd vanaf toen het beleid.

Met haar theologische en psychologische kennis en haar ervaringen in het begeleiden van veranderingsprocessen levert Coby haar bijdrage aan de onderlinge gesprekken. ‘Als blijkt dat iemand bij de behandeling van een casus voortdurend ‘in z’n hoofd zit’, vraag ik naar andere dimensies: Hoe heb je het ervaren? Hoe voelde het?’ Wat heb je nodig om nu in actie te komen? Veel missionaire werkers zijn mannen; voor hen is ‘gevoel’ een permanent aandachtspunt. Daar is winst te boeken.’ Zo weet ze nog wel een paar actuele thema’s: grenzen aangeven, time management, leiderschap, overzicht houden als je veel petten tegelijk op hebt.

Karakteristieken
In de loop van twintig jaar heeft Coby heel wat missionaire werkers voorbij zien komen. Het kost haar dan ook geen enkele moeite om een aantal karakteristieken op te sommen van ‘de missionaire pionier’: een bevlogen, gedreven figuur, een sterke persoonlijkheid, met een hoge standaard, een groot verantwoordelijkheidsgevoel en een overdosis doorzettingsvermogen. Een doorgaans ondernemend type, die veel naar zichzelf toetrekt. Maar ook: iemand die moeilijk hulp vraagt en die zichzelf weinig tijd gunt om te reflecteren op het eigen handelen en tijd te besteden aan een gezonde zorg voor zichzelf.’

Persoonlijk
Veel meer dan in de begin jaren komen die persoonlijke aspecten aan bod, vertelt Coby. ‘Daarbij gaat het ook om de vraag: Wat doet het werk met mij? Op welke manier raken ervaringen aan mijn herkomst, mijn biografie, mijn Godsbeeld? Wat doet dit alles met mij als gelovige? Soms komt zijdelings de privésituatie aan bod; maar vooral als ‘bijvangst’ omdat je die vanuit een holistische benadering niet kan veronachtzamen.’ Onvermijdelijk gaat het in de gesprekken ook over geloof en theologie, bijvoorbeeld over verschillen in dooppraktijk, maar ze waakt ervoor dat het een theologisch onderonsje wordt.

Fan
Uit de evaluaties blijkt dat missionaire werkers de intervisie zeer op prijs stellen. ‘Een oase’, noemen ze het. ‘Dit soort gesprekken voer je nergens anders.’ Het is fijn om collega’s te ontmoeten die hetzelfde werk doen’, zegt Timo Hagendijk (Perron, Zoetermeer); ‘dat contact is toch anders dan de universitair geschoolde collega met wie ik samenwerk. Tijdens de reflectie op een casus kijk je als het ware via een tweede persoon naar jezelf. Soms was mijn primaire reactie: “Dat komt in mijn project niet voor”; totdat ik er sindsdien meer oog voor kreeg. Intervisie opent luikjes, inderdaad. De gesprekken hebben ook iets van een avontuur; je weet nooit precies waar je uitkomt. Coby weet het zo soepel te leiden dat ik niet zou kunnen zeggen of ze de werkvormen spontaan bedenkt, of dat ze een vooropgesteld plan trekt. Ze vraagt op een prettige manier door.’
Jan Waanders (Het Pand, Groningen) noemt intervisie ‘vooral een bron van inzicht. Wij doen soms met de beste bedoeling domme dingen. We hebben ‘onze’ bril op, we horen met ‘onze’ oren wat mensen zeggen, interpreteren dingen op een manier die we gewend zijn. Coby – ik ben een fan van haar aanpak - laat je graven in jezelf of je mede-intervisiegenoot. Tot je “Dit dus” te pakken hebt. Dan reis je met een fijn gevoel weer naar huis kunt omdat je inzicht hebt gekregen in het intermenselijk contact.’

Koos van Noppen